Patiëntenregister

Periode 

Tijdens het ancien régime was het met name de katholieke kerk die zorg droeg voor zieken en gewonden, doch niet uitsluitend. Een belangrijke, zij het toch vooral organisatorische, verandering kwam toen het huidige Belgische grondgebied bij de Eerste Franse Republiek werd ingelijfd. Door de wetten van 7 oktober en 27 november 1796 werd overgegaan tot de oprichting van de zogeheten Commissies voor de Burgerlijke Godshuizen en de Burelen van Weldadigheid in elke gemeente. Alle publieke en private instellingen voor gezondheids- en armenzorg werden vanaf dan ondergebracht bij de Commissies voor de Burgerlijke Godshuizen en de Burelen van Weldadigheid zouden de zorg voor hulpbehoevenden en armen aan huis op zich nemen.

Deze verdeling van de gezondheids- en armenzorg over twee instellingen kon ertoe leiden dat er in de gasthuizen of hospitalen weinig mensen moesten worden verzorgd en de Commissies voor de Burgerlijke Godshuizen relatief ruim in de liquide middelen zaten, terwijl de Burelen van Weldadigheid geld tekort kwamen, omdat ze een hoop armen (financiële of geneeskundige) ondersteuning (aan huis) moesten bieden. Onder meer hierom werd in 1925 besloten tot samenvoeging van deze twee instellingen in de Commissies van Openbare Onderstand.

In 1976 zouden de Commissies van Openbare Onderstand veranderen in de tegenwoordig gekende Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW's), die je in iedere gemeente vindt. De Commissies van Openbare Onderstand en Openbare Centra voor Maatschappelijke Welzijn zijn in veruit de meeste gevallen verantwoordelijk voor het beheer van de Belgische ziekenhuizen, maar niet uitsluitend. Zo bestaan er ook ziekenhuizen die vanwege particuliere initiatieven werden opgericht.

Bewaarplaats

De patiëntenregisters, met name die van gasthuizen, hospitalen en ziekenhuizen, zijn vaak te vinden in de inventarissen op het archief van de Commissies voor de Burgerlijke Godshuizen, de Commissies van Openbare Onderstand en / of de Openbare Centrale voor Maatschappelijk Welzijn. Deze inventarissen vind je zowel bij de Rijksarchieven als bij de verschillende stads- en gemeentearchieven.

Raadplegen 

Patiëntenregisters ouder dan 100 jaar zijn doorgaans vrij raadpleegbaar.

Gegevens 

Belangrijk is dat de patiëntenregisters geen gestandaardiseerde bron zijn. Elk gasthuis, gesticht, hospitaal of ziekenhuis voerde op eigen wijze een administratie van de patiënten die er verbleven. Informatie die je in veel gevallen in de patiëntenregisters zal vinden, zijn de naam en voornaam van de patiënt en de datum van inkomst en uitgang. Bijkomende gegevens zoals de reden van opname of behandeling en bijzonderheden tijdens het verblijf zal je niet overal tegenkomen.

Let op 

  • De patiëntenregisters zijn geen gestandaardiseerde bron. Het verschilt van instelling tot instelling op welke manier de patiëntenregistratie werd bijgehouden. Sommige ziekenhuizen in Antwerpen voorzien bijvoorbeeld zogeheten ‘inkomboeken’, ‘zaalregisters’ en ‘registers van uitgaande patiënten’. Andere ziekenhuizen en instellingen hielden soms alleen registers bij van de personen die, op allerlei gronden, in het ziekenhuis terechtkwamen, met aantekening van datum van inkomst en uitgang.
  • In veel gevallen zijn de patiëntenregisters niet van een index of klapper voorzien. In dat geval zal je zelf moeten bladeren doorheen de registers of het toeval wil dat een heemkundige kring of een onderzoeker reeds een eigentijdse klapper of index maakte op zo’n patiëntenregister.
  • Niet van alle hedendaagse en voormalige gasthuizen, gestichten, hospitalen en ziekenhuizen zijn patiëntenregisters bewaard gebleven. Dit is wel het geval voor bijvoorbeeld Antwerpen, Gent, Lokeren, Sint-Niklaas, Tongeren en Turnhout.

Tips 

  • Alvorens je de patiëntenregisters gaat doorbladeren, kijk je best eerst of er een index of klapper werd gemaakt. Herman Van de Leur maakte bijvoorbeeld een klapper op de namen van de armen die in de Burgerlijke Godshuizen van Turnhout werden opgenomen.
  • Een goede reden om de patiëntenregisters te doorbladeren, is om na te gaan of een voorouder in het ziekenhuis, dan wel thuis overleed. Soms kan je al aan het overlijdensadres zien dat iemand (waarschijnlijk) in het ziekenhuis is overleden.
  • Naast patiëntenregisters hielden sommige gasthuizen of ziekenhuizen ook slachtofferlijsten bij van personen die (al dan niet in het gasthuis of ziekenhuis) als gevolg van een epidemie overleden.
  • Indien in de betreffende patiëntenregisters geen doodsoorzaak werd genoteerd bij overlijden in het gasthuis of ziekenhuis, ga je best na of er nog aangifteformulieren van overlijden of doodsoorzakenregisters van die stad of gemeente voorhanden zijn.
  • Meer weten?

    • De Ceuster, Robert e.a., Commissie van Openbare Onderstand. Centra voor Maatschappelijk Welzijn. Dit artikel bevat achtergrondinformatie bij de oprichting van de Commissies van Openbare Onderstand.
    • Velle, Karel, ‘Het belang van OCMW-archieven voor de geschiedenis van de gezondheidszorg in de 19de en 20ste eeuw’, in: Kultureel Jaarboek voor de Provincie Oost-Vlaanderen (Gent 1991) 115-119.
    • Vereycken, M. (1990), Van liefdadigheid via onderstand naar maatschappelijk welzijn, in: Jaarboek Ten Boome (1990). In dit artikel vind je meer informatie over de geschiedenis van de zorg voor hulpbehoeven in België.
    • Verschaeren, José, Burgerlijke Godshuizen, Burelen van Weldadigheid, Commissies van Openbare Onderstand en Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn. Organisatie, bevoegdheden, archiefvorming (Brussel 2001).
    • Op de website Canon Sociaal Werk Vlaanderen vind je meer informatie over de ontstaansgeschiedenis van de Commissies van Openbare Onderstand.

Auteur: Indie van Lieshout

Welk verhaal heeft jouw familie te vertellen?

Ga op zoek naar jouw familiegeschiedenis aan de hand van ons stappenplan
en ontdek de spannende verhalen van jouw voorouders.

Download hier onze toolkit!