Milieuvergunningsdossier

Periode 

In het Eerste Franse Keizerrijk, waar het huidige Belgische grondgebied toen deel van uitmaakte, werd op 15 oktober 1810 een Keizerlijk Decreet uitgevaardigd betreffende fabrieken en werkplaatsen die een ongezonde of hinderlijke geur verspreiden. Op grond van dit decreet was het verplicht een vergunningsaanvraag voor klasse 1, 2 of 3 in te dienen, alvorens men kon overgaan tot het op- of inrichten van fabrieken of werkplaatsen die een ongezonde of hinderlijke geur verspreiden. 

In de Hollandse tijd kwam daar nog het ‘Besluit rakende de vergunningen ter oprigting van sommige fabrijken en trafijken’ van 31 januari 1824 bij, dat een vergunningsplicht instelde voor stoomtuigen en stoomketels. Na een herziening van het Keizerlijk Decreet in 1849, volgde in 1863 nog een laatste herziening, waardoor alleen de oorspronkelijke klassen 1 en 2 nog vergunningsplichtig bleven. 

De Wet van 5 mei 1888 betreffende het toezicht op de gevaarlijke, ongezonde of hinderlijke inrichtingen en op de stoomtuigen en stoomketels en bijbehorende onderliggende wet- en regelgeving voegde het Keizerlijk Decreet van 1810 en het Besluit van 1824 samen. Totdat op 28 juni 1985 het Milieuvergunningsdecreet werd ingevoerd, was er in principe sprake van een vergunning(saanvraag) voor het op- of inrichten van een hinderlijke inrichting. Nadien werd gesproken van een milieuvergunning. 

Bewaarplaats 

De klasse 1-aanvragen voor een vergunning en bijbehorende dossiers die ouder zijn dan 30 jaar kunnen worden teruggevonden bij de Rijksarchieven en zijn doorgaans te vinden in de archieven van het provinciebestuur, soms specifiek de Bestendige Deputatie. De klasse 2-aanvragen voor een vergunning en bijbehorende dossiers kunnen worden teruggevonden bij de Rijks-, stads- en gemeentearchieven en zijn doorgaans te vinden in het modern gemeentearchief, onder rubrieken in het kader van (leef)milieu.  

Raadplegen 

De vergunningsdossiers die ouder zijn dan 30 jaar kunnen doorgaans vrij geraadpleegd worden. 

Gegevens 

Na het Keizerlijk Decreet van 15 oktober 1810 was het verplicht een vergunningsaanvraag in te dienen voor de oprichting van een fabriek of werkplaats die een ongezonde of hinderlijke geur verspreiden. Op basis van dit decreet ontstonden er drie vergunningsklassen, waarvan de eerste door de Bestendige Deputatie van de provincie werd behandeld en de tweede en derde door het college van burgemeester en schepenen. De eerste klasse betrof inrichtingen die ernstige overlast veroorzaakten en alleen ver buiten woonkernen mochten worden gevestigd, zoals vuurwerk-, turf-, katoen- en vernisfabrieken en abattoirs. De tweede klasse betrof inrichtingen die alleen in woonkernen mochten worden gevestigd op voorwaarde dat er genoeg controle was en zekerheid kon worden gegeven dat ze geen overlast of schade zouden toebrengen aan de omwonenden, zoals kaarsenmakerijen, leertouwerijen en metaalgieterijen. De derde klasse betrof inrichtingen die overal in woongebieden mochten worden opgericht als zij na goedkeuring van de sous-prefect geen hinder of andere bijzondere problemen voor de onmiddellijke omgeving veroorzaakten (hoewel ze wel onder politietoezicht stonden). Voorbeelden daarvan zijn knopenmakerijen, bierbrouwerijen en zeepziederijen.  

Van 1863 tot 1985, toen het Milieuvergunningsdecreet werd ingevoerd, bevatte elke aanvraag voor een hinderlijke inrichting dezelfde soort informatie. In de bijbehorende dossiers vind je een plattegrond, een plan van de inplanting in de omgeving (voor klasse 1), het soort onderneming, de gebruikte productietechnieken en machines, de grootte van de productie en de opslag. De vergunningsdossiers bevatten ook verslagen van het onderzoek ‘de commodo et incommodo’, waarbij omwonenden bezwaren konden indienen. 

Met name de plattegronden die in de vergunningsdossiers gevonden kunnen worden, kunnen een interessant inkijkje geven in hoe de winkel, bakkerij, slagerij of fabriek van een voorouder of familielid was ingericht. Regelmatig zijn bij deze plattegronden en plannen ook oriëntatiepunten zoals straatnamen en de namen van de buren of nummers van de naburige percelen genoteerd en bovendien vind je op de plattegronden ook vaak een indeling in lokalen of ruimtes, waarmee je een idee krijgt waar bijvoorbeeld de oven van de bakkerij of de vleeshal van de slagerij zich precies bevond. De vergunningsdossiers geven zo meer context aan waar en wanneer je voorouders leefden. 

Let op 

  • Zeker niet van alle fabrieken en winkels kan je zulke vergunningsaanvragen en -dossiers vinden. Bepalend voor de vraag of er nog zo’n dossier is bewaard gebleven, is of de betreffende fabriek of winkel van je voorouder of familielid ook in een zekere mate overlastgevend was, waardoor deze vergunningsplichtig was. 
  • Om de dossiers goed te kunnen doorzoeken, moet je op zoek gaan naar steekkaarten of registers van de besluiten of de verleende toelatingen. 
  • Sommige archiefinstellingen, zoals het FelixArchief en het Stadsarchief Turnhout, hebben de vergunningsdossiers reeds (gedeeltelijk) digitaal op naam ontsloten, waardoor het relatief gemakkelijk is om de dossiers te vinden. 

Tips

  • Naast deze milieuvergunningsdossiers bestonden er ook zogenaamde bouwdossiers. Wanneer iemand een huis, winkel of fabrieksgebouw wilde laten bouwen, diende hij vooraf een vergunning bij de gemeente te verkrijgen. Deze bouwdossiers bevatten, net als de dossiers voor de aanvraag van een milieuvergunning, vaak ook interessante bouwkundige tekeningen. 

  • Meer weten?

    • In Bladwijzer verscheen een artikel over het gemeentearchief als rijke bron voor lokale bedrijfsgeschiedenis: Sas, Bart. "Over hinderlijke inrichtingen en patentplichtigen. Het gemeentearchief als rijke bron voor lokale bedrijfsgeschiedenis" Bladwijzer 21 (2017): 15-26. (Dit artikel lees je hier). 
    • Een Zoekwijzer van het Rijksarchief wijst de weg naar andere bronnen in het gemeentearchief over het politieke of socio-economische leven van jouw voorouders: Van der Eycken, Johan. Archieven van gemeenten. Zoekwijzers 32. Brussel: Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën, 2012. (Klik hier voor de pdf.) 

Auteur: Indie van Lieshout

Welk verhaal heeft jouw familie te vertellen?

Ga op zoek naar jouw familiegeschiedenis aan de hand van ons stappenplan
en ontdek de spannende verhalen van jouw voorouders.

Download hier onze toolkit!